“De man die kleding verkoopt.” “Het karakter dat ik heb opgeschreven.” Deze zinnen bestaan uit drie onderdelen:
In het Chinees zijn er geen betrekkelijke voornaamwoorden, maar worden zulke constructies met 的 de gemaakt. Bovendien zijn het antecedent en de relatieve bijzin omgekeerd. Bijvoorbeeld, 卖衣服的人 mài yīfu de rén “de man die kleding verkoopt.”
卖衣服 màiyīfu “kleding verkoopt” komt voor 人 rén “de man”. Tussen de twee delen wordt 的 de gezet om de bepaling 卖衣服 màiyīfu “kleding verkoopt” en de kern 人 rén “de man” uit elkaar te houden. In dit soort constructies is 的 de verplicht.
Bijvoorbeeld,
Als je aanwijzend voornaamwoord zoals 这 zhè “dit/deze” 那 nà “dat/die”, of 哪 nǎ voor een zelfstandig naamwoord zet, moet je er een maatwoord tussen plaatsen. Dus: 这/那 + Maatwoord + Zelfstandig Naamwoord
Je kunt ook nog een getal in de bovenstaande constructie toevoegen. Dus: 这/那 + Getal + Maatwoord + Zelfstandig Naamwoord
In de praktijk wordt 一 yī vaak weggelaten als het zelfstandig naamwoord enkelvoud is.